Klein levensverhaal Lisa

Klein Levensverhaal

In Klein Levensverhaal gaan helden het gesprek aan met zichzelf na een verlieservaring. Middels hun ervaring met de dood leggen ze een vergrootglas op het leven en geven ze eigentijdse woorden vanuit deze onvermijdelijke confrontatie aan de keerzijde van liefde: sterven, dood, afscheid en rouw. Wat zij geloven, hopen, denken, doorvoelen & doorgronden, welke emoties worden ervaren en wat voor hen belangrijk is.

Lisa

24 mei 2011. De dag dat alles veranderde. De dag dat er een scheurtje in mijn hart kwam die nooit meer zou helen. De dag dat mijn vader overleed.

Pijnlijke herinneringen

Ik was een 17-jarige puber, midden in haar eindexamens van de Havo. Mijn vader was een jaar lang ziek geweest. Hij had alvleesklierkanker. Een nare ziekte waarbij hij steeds meer achteruitging, tot hij op een gegeven moment helemaal niks meer kon. De herinnering waarin ik mijn vader hoor schreeuwen van de pijn. De laatste herinneringen dat hij in bed lag, met zijn ogen open, maar alleen nog maar fysiek aanwezig was door de hoeveelheid morfine die hij in zijn lichaam kreeg. Dingen die je liever wilt vergeten.

En op 24 mei was dan het moment dat hij uit zijn lijden werd verlost. Een dag die ik nooit meer vergeet. Ik raakte niet alleen mijn vader kwijt, maar ook mijn beste vriend. Degene waar ik altijd mee kon praten, degene die mijn gevoelens altijd snapte, degene waarmee ik mijn liefde voor muziek deelde en degene die mij alles geleerd heeft.

Onwerkelijkheid

Het was stil in huis en zo af en toe rolde er een traan langs mijn wang. Het voelde onwerkelijk en het drong nog niet helemaal tot mij door, maar het was toch echt gebeurd. Mijn moeder zat op de bank in de woonkamer te bellen met mijn oom. Mijn broertje zat op zijn kamer. En ik; ik zat aan de eettafel. Alle drie konden we elkaar niet zien, maar we hoorden wat we zeiden. We moesten de uitvaart voor mijn vader gaan regelen.

Die week vloog voorbij en zit als een wazige vlek in mijn geheugen.

Naast het regelen van de uitvaart wilde ik doorgaan. Ik maakte mijn eindexamens af en ging daarna op eindexamenreis. Sommige mensen zullen dit raar vinden, maar ik wilde afleiding. En daarbij voelde het voor mij nog steeds alsof mijn vader elk moment terug kon komen van vakantie. Alsof hij de deur weer open zou doen, binnen zou stappen en een opmerking zou maken zoals hij dat altijd deed: “Hey babe, hoe gaat het met jou?”. “Ohh pahaaap noem me nou niet zo”. Want als puber was dat natuurlijk helemaal niet cool als je vader je zo zou noemen.

Boos, schuldig en bang

Totdat het moment daar was en de realiteit me keihard raakte. Mijn vader komt echt niet meer terug. De afleiding die ik zocht hielp een paar weken, maar de klap kwam vroeg of laat. Een bijna ondragelijke pijn kwam in mij naar boven. Een pijn die ik nog nooit eerder had gevoeld. En waarvan ik niet dacht dat ik die ooit zou gaan voelen. Naast het verdriet was ik ook boos. Boos op de wereld; waarom heeft dit kunnen gebeuren? Waar hebben wij dit aan

verdiend? Ik voelde mij schuldig. Schuldig, omdat ik vond dat ik niet genoeg tijd had doorgebracht met mijn vader. Ik was bang. Bang voor wat de toekomst zou brengen. Bang voor wat ons nog allemaal te wachten stond. Rouwen is niet alleen verdrietig zijn. Rouwen zorgt voor allerlei verschillende emoties bij elkaar.

De weken vlogen voorbij en het leven ging door. Het leven ging door voor iedereen, behalve voor mij. Mijn leven stond stil. Ik was aan het overleven. Het verdriet was nog elke dag sterk aanwezig. En na erg eigenwijs te zijn geweest ben ik toch naar een psycholoog gegaan. Ik geef het een kans, dacht ik. Ik ga er één keer heen en als het niks is, doe ik het nooit meer. Maar het was fijn. Eindelijk iemand waarmee ik kon praten, iemand die mij begreep en iemand die echt luisterde. Ik durfde dingen te zeggen die ik tegen niemand anders durfde te zeggen. Al helemaal, omdat veel van mijn vrienden weg waren gevallen na het overlijden.

Aanwezigheid van degene die afwezig is

Soms zou ik nog even met hem willen praten. Alleen maar om te zeggen dat alles goed is. Wij redden ons wel. En dat alles wat ik van hem heb geleerd, altijd bij me zal dragen. Is het verdriet nog steeds aanwezig. Nu zoveel jaar later denk ik nog elke dag aan mijn vader. Maar ik weet er mee om te gaan. De pijn zal altijd blijven, want mijn liefde voor mijn vader blijft ook altijd. Ook al is hij er niet meer. Ik voel hem nog overal bij me. En ik ben door dit alles zo sterk geworden, dat ik weet dat hij super trots op mij zou zijn.

Papa, ik hou van je.